ECU TESLA MODEL S 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TESLA, Model Year: 2017, Model line: MODEL S, Model: TESLA MODEL S 2017Pages: 202, PDF Size: 5.45 MB
Page 19 of 202

Neerklapbare achterbankDe Model S heeft een in delen neerklapbare
achterbank.
Opmerking: Als de Model S is uitgerust met de optionele executive zitplaatsen achterin,
kunnen deze niet naar voren worden geklapt.
Verwijder alle spullen van de achterbank en
van de vloer voordat u de achterbank
neerklapt. Het kan zijn dat de voorstoelen iets
naar voren geschoven moeten worden om de achterbank helemaal neer te kunnen klappen.
Druk op de vergrendeling aan de bovenkant
van de rugleuning en klap de rugleuning naar
voren toe neer.
Rugleuning achterbank opklappen
Zorg dat de veiligheidsgordels niet achter derugleuning blijven hangen als u de
achterstoelen omhoog klapt.
Duw de rugleuning omhoog tot in de
vergrendeling.
Trek de rugleuning even naar voren toe om te controleren of deze goed vastzit.Attentie: Controleer na het opklappen
altijd of de rugleuning goed vergrendeld
is. Wanneer u dit niet doet, vergroot u de kans op letsel.
Hoofdsteunen
De stoelen hebben ingebouwde hoofdsteunen
die niet versteld of verwijderd kunnen worden.
Stoelverwarming De voorstoelen zijn uitgerust met
thermostatisch geregelde stoelverwarming
met 3 standen (1 = laagste stand, 3 = hoogste
stand). Zie Climate control op pagina 111 voor
de bediening van de stoelverwarming.
Als de Model S is uitgerust met het optionele
Cold Weather-pakket, kunt u ook de
stoelverwarming van alle achterstoelen, de
verwarmde ruitenwissers en ruitensproeiers
bedienen door te tikken op Controls > Cold
Weather (zie Bediening op pagina 103).
Stoelhoezen
Gebruik geen stoelhoezen in de Model S. Deze
zouden bij een aanrijding de goede werking
van de zijairbags kunnen verstoren. Bovendien
kunnen hoezen de werking van het systeem
voor het detecteren van inzittenden verstoren,
indien aanwezig.
Voorstoelen en achterstoelen
18Model S Owner
Page 35 of 202

De frontairbags aan passagierszijdeuitschakelen
Als u een kind op de voorste passagiersstoel
laat zitten (zelfs in een kinderzitje of op een
zitverhoging) moet u altijd eerst de
frontairbags aan passagierszijde uitschakelen
om te voorkomen dat de airbags het kind verwonden bij een botsing.
Opmerking: Plaats kinderen bij voorkeur in een
goedgekeurd kinderzitje achter in de auto.
Tik op Controls > Settings > Safety & Security
> Passenger Front Airbag om de front- en zijairbags aan de passagierszijde van de auto
uit te schakelen.
De status OFF (uit) van de frontairbag aan
passagierszijde wordt in de rechterbovenhoek
van het touchscreen aangegeven. (Als de
airbag is ingeschakeld, wordt de status niet op
het touchscreen weergegeven.)
Als de airbag is ingeschakeld ondanks dat u
deze hebt uitgeschakeld (of vice versa), neem
dan onmiddellijk contact op met Tesla.
Opmerking: De Model S heeft een capacitief
touchscreen dat mogelijk niet werkt als u
gewone handschoenen draagt. Als het scherm
bij aanraking niet reageert, doe dan uw
handschoenen uit of gebruik handschoenen
met speciale vingertoppen voor touchscreens.Attentie: Plaats nooit een kind in een
kinderzitje of op een zitverhoging op de passagiersstoel als de airbag is
ingeschakeld. Dit kan tot ernstig letsel of
de dood leiden.Attentie: Zet niemand in de
passagiersstoel als de airbag aan
passagierszijde niet lijkt te werken. Neem
direct contact op met een Tesla Service
Center om dit zo snel mogelijk te laten
verhelpen.Attentie: Gebruik geen stoelhoezen in de
Model S. Deze zouden bij een aanrijding de goede werking van de zijairbags
kunnen verstoren.
E
Page 64 of 202

Opmerking: Als uw Model S softwareversie 6.1
of nieuwer heeft en tijdens het rijden de Camera-app op het touchscreen wordtweergegeven, kunt u naar het
parkeerhulpbeeld overschakelen door op het
pictogram in de linkerbovenhoek van het venster van de Camera-app te tikken. Uw
snelheid moet 8 km/h of minder zijn.
Opmerking: Als een sensor geen signaal
doorgeeft, verschijnt er een waarschuwing op
het instrumentenpaneel.Let op!: Zorg ervoor dat sensoren schoon
zijn en vrij van sneeuw, modder en vuil.
Richt een hogedrukspuit niet rechtstreeks
op de sensoren en reinig ze niet met een scherp of schurend voorwerp, dat
veroorzaakt krassen en kan het oppervlak
beschadigen.Let op!: Plak geen stickers op de
parkeersensoren en monteer ook geen accessoires voor de sensoren.
Hoorbare feedback regelen
U kunt de parkeerhulp met en zonder
geluidssignaal gebruiken. Om het geluid in of uit te schakelen, tikt u op Controls > Settings >
Safety & Security > Park Assist Chimes.
U kunt dit geluid ook tijdelijk uitschakelen
door op het scrollwieltje links op het stuur te
drukken, of door op de dempknop te tikken in
de linkerbenedenhoek van het
parkeerhulpbeeld. Het geluid blijft
uitgeschakeld tot u de selectiehendel in een
andere stand zet of tot u harder rijdt dan
8 km/h.
Beperkingen en valse
waarschuwingen
In de volgende omstandigheden functioneert
de parkeerhulp mogelijk niet naar behoren:
Page 112 of 202

Overzicht Climate controlDe bediening van climate control wordt permanent weergegeven aan de onderzijde van het
touchscreen. Standaard staat climate control altijd op Auto; dat zorgt voor een optimaal comfort
onder alle normale omstandigheden. Als u de temperatuur aanpast, past het systeem automatisch
de temperatuur, de airconditioning, de luchtverdeling en -circulatie en de aanjagersnelheid aan om
de ingestelde temperatuur te bereiken en aan te houden. Tik op Auto om deze instellingen te
overrulen (zie Climate control instellen op pagina 112).
De aanjager, de verwarming en de airconditioning worden alle door de batterij gevoed. Dat betekent dat langdurig gebruik van deze systemen de actieradius kan verminderen.
Opmerking: De onderstaande afbeelding is uitsluitend bedoeld ter verduidelijking. Afhankelijk van de voertuigopties, de softwareversie, het land van bestemming en de instellingen kan de
informatie op het touchscreen enigszins afwijken.
1. De voorstoelen zijn uitgerust met thermostatisch geregelde stoelverwarming met 3 standen (1
= laagste stand, 3 = hoogste stand).
Als de verwarming is ingeschakeld, branden de controlelampjes rood en wordt de stand van
de verwarming aangegeven.
Opmerking: Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket, kunt u ook de stoelverwarming van de achterstoelen, de verwarmde ruitenwissers en het verwarmde stuur
bedienen door te tikken op Controls > Cold Weather (zie Bediening op pagina 103). Als de
auto uitgerust is met de optionele executive zitplaatsen op de achterbank, kunt u de
verwarming van de zitting en de rugleuning van elke passagiersstoel op de tweede rij
afzonderlijk regelen.
2. Tik op de pijl omhoog of pijl omlaag om de temperatuur in het interieur in te stellen. Tik op SYNC TEMP in de pop-up die verschijnt als u op het pijltje tikt. Op deze manier kunt u detemperatuur voor bestuurder en passagier tegelijkertijd instellen.
3. Automatische/handmatige climate control (zie Climate control instellen op pagina 112).
4. De voorruitverwarming leidt een luchtstroom naar de voorruit. Tik eenmaal om in te schakelen, een tweede keer om de verwarming en ventilator op de maximale stand te laten
werken en een derde keer om de luchtverdeling, verwarming en ventilator terug te zetten op
de vorige instellingen.
5. Zet de climate control aan/uit.
6. De achterruitverwarming werkt gedurende 15 minuten en wordt dan automatisch uitgeschakeld. Ook de buitenspiegels zijn verwarmd.
Opmerking: Afhankelijk van de bouwdatum en de gekozen opties bij de aankoop van de auto,
is de auto al dan niet uitgerust met verwarmde buitenspiegels.
Attentie: Om verbranding bij langdurig gebruik te voorkomen, moeten personen met
aandoeningen aan het zenuwstelsel en mensen met beperkt vermogen om pijn te voelen vanwege diabetes, leeftijd, neurologische problemen enz. extra voorzichtig zijn bij het gebruik
van de climate control en de stoelverwarming.
Climate control
Touchscreen gebruiken111
Page 134 of 202

Over de alarminstallatie
Als de Model S geen sleutel in de directe
nabijheid detecteert en er wordt een portier of
bagageruimte geopend, klinkt een alarm en
gaan de koplampen en de richtingaanwijzers
knipperen. Druk op een willekeurige toets van
de sleutel om het alarm uit te schakelen.
Tik op Controls > Settings > Safety &
Security > Alarm om het alarmsysteem handmatig in of uit te schakelen. Als hetsysteem op ON staat, schakelt de Model S het
alarm